In drie dagen tijd gaat reisorganisatie OAD failliet, Bruynzeel Parket sluit de deuren, Björn Borg trekt de stekker uit veel onderbroekenwinkels en Staffhorst in Utrecht houdt op te bestaan. Die laatste winkel was voor velen, ook voor mij, decennialang een begrip. Een muziekwinkel die al platen verkocht voordat Free Record Shop (ook failliet) werd opgericht. Waar topmuzikanten instrumenten kwam uitproberen. De instrumentenwinkel bestond nog steeds, ondanks eerdere tegenslagen. Maar nu niet meer. Allemaal weg, in de week waarin - hoe ironisch - Google haar vijftiende verjaardag mocht vieren. Bij winnaars horen ook verliezers.
Natuurlijk speelt internet een grote rol bij de ondergang van traditioneel opererende bedrijven zoals deze. Maar is dat de enige reden? Bestelt echt iedereen zijn houten vloer en zijn Fender Stratocaster via het web? Dat denk ik niet. We hebben collectief last van een crisis die maar voortduurt en hier nog geen licht aan het eind van de tunnel laat zien. De consument is de hoop op betere tijden kwijtgeraakt en op zijn handen gaan zitten, met dank aan de staat. De overheid geldt inmiddels als notoir onbetrouwbaar. Ons consumentenvertrouwen is amper hoger dan dat in Griekenland of Cyprus; vlak boven het afvoerputje van Europa dus.
Met reden. Je kunt er wel toe oproepen, maar wie koopt er nog een auto, als gunstige belastingregels rondom autobezit worden aangepast zodra ze te populair dreigen te worden? Dan zit je met je VW Polo Bluemotion-dieseltje, vooral gekocht omdat je er geen wegenbelasting over hoefde te betalen. Straks moet dat opeens wel en nog dubbel tarief ook, want het is een diesel. Een huis kopen? Liever wat spaarcenten reserveren voor het terugdringen van de hypotheekschuld, want het huidige verblijf staat onder water. Beloftes over hypotheekrenteaftrek worden toch direct na de verkiezingen op de helling gezet.
Niet voor niets wint Willem Drees de NRC-verkiezing van de beste premier in de afgelopen eeuw. Vertrouwen is alles. Drees bouwde met vaderlijk gezag op wat nu weer wordt afgebroken. Wat overblijft noemen we participatiesamenleving, een mooi bedacht woord voor meer belasting betalen, maar er weinig voor terug moeten verwachten. Los je sores eerst maar zelf op, succes met het verschonen van de luier van oma.
De nieuwe koning moest die moeilijke boodschap via de troonrede presenteren aan het volk. Het voelde meer dan ooit ongemakkelijk, dat voorlezen van een verhaal van een ander. Zullen we daar dus maar eens mee ophouden? Geef als koning op Prinsjesdag het land een persoonlijke boodschap mee, zoals nu in het eerste - en beste - deel van de troonrede. En geef daarna het woord aan de premier, die de Staten-Generaal vervolgens mag verwennen met zijn boekhoudkundig gebabbel. Dat is wel zo duidelijk. Een koning moet geen boodschapper zijn van een regering die door het volk niet wordt vertrouwd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten