30 april 2011

Sprookjespark

De halve wereldbevolking vergaapte zich vrijdag aan het huwelijk tussen een ietwat boney burgermeisje en een Britse prins die tijdens de kerkdienst de indruk maakte inmiddels al een couch potato te zijn geworden. Geen tranen, twee haastige kusjes op het balkon en een wat bloedeloze tv-registratie. Het onverwachte rondje na afloop in een fraaie oude Aston Martin Volante maakte iets goed van de onderkoelde sfeer tijdens de plechtigheden. En het zusje van de bruid was ook niet mis. Maar de samenvatting in het 8-uur journaal bleek ruim voldoende. De hele dag amechtig voor de beeldbuis liggen was zonde van de tijd.

Wij hadden gelukkig twee dagen lang iets veel leukers te doen. Het is heel wat jaren geleden dat ik voor de laatste keer in de Efteling was, maar inmiddels is het onze ambitie om er een jaarlijks uitje van te maken. Wie voor een bezoek slechts één dag uittrekt doet zichzelf tekort, want het park heeft door de jaren zoveel uitbreidingen meegemaakt dat alle attracties onmogelijk in een dag te beleven zijn. Dus hebben we een nachtje Eftelinghotel geboekt, wat nadrukkelijk heeft bijgedragen aan het feestelijke karakter van ons tripje. Een hotelkamer vol kleine grapjes; van twee rode schoentjes in de kast tot alle boodschappen in dichtvorm en de eigen 'huismuis' die je tussen de bedden door aankijkt. Bij het ontbijt is er alle ruimte voor de kleintjes om zelf een lekker hapje samen te stellen en daarna krijgen ze een mooi sprookjesverhaal in de hal. De bezoekers verwennen hebben ze in de Efteling goed geleerd. Je voelt je zo welkom als maar kan. Bij het inchecken in het hotel, bij het betreden van het park, bij het gebruiken van een consumptie. Alle medewerkers dragen enthousiast bij aan de goede sfeer, alle details kloppen. Regelmatig worden er nieuwe attracties geopend, om de bezoekers te blijven verleiden. En met succes, want inmiddels telt de Efteling jaarlijks drie tot vier miljoen bezoekers.

Ik ga met geen tien paarden in een achtbaan, maar dat is geen bezwaar in het attractiepark in Kaatsheuvel. Er is genoeg te beleven voor iedere leeftijd. En alle sprookjesachtige belevenissen zijn samengebracht in een complex dat ook voor de natuurliefhebber een aangename omgeving biedt. Dus genoten de kinderen niet alleen van de Droomvlucht, de Pirana en het Carnaval Festival, maar ook van alle pasgeboren eendjes in het water. Alleen de vuurspuwende draken in het Sprookjesbos en in Raveleijn, die waren 'een beetje eng', wat Merle betreft. Maar dat mocht de pret niet drukken. De Efteling heeft ons hart gestolen. Aandacht is alles, daarmee schop je het tot één van de drie beste attractieparken van Europa. Voor alles en iedereen in het sprookjespark neem ik diep mijn hoed af. Chapeau.

25 april 2011

Ping ping

Heerlijk zonnig weer met Pasen. Lekker in de tuin tijd voor het doorbladeren van de post. Daarbij zit ook de MT500, de jaarlijkse bijlage van Management Team met de 500 Nederlandse ondernemingen met het beste imago, de top 20 beste bestuurders en zo nog wat ranglijsten. 'Philips op 1', staat er op het omslag. En inderdaad bleek de elektronicagigant ook in 2010 weer de onderneming met het beste imago. De recent vertrokken topman van Philips, Gerard Kleisterlee, staat op plek 4 bij de beste bestuurders; in de vorige editie was hij nog nummer 1.
Kleisterlee werkte 37 jaar bij Philips, waarvan de laatste tien jaar als CEO. Je kunt hem dus moeilijk een ondernemer noemen, al omschrijven topmannen zichzelf wel graag zo. Richard Branson, Hans Breukhoven, Jaap Blokker: dat zijn ondernemers. Kleisterlee niet. Maar als Philips-baas werd hij bewierookt om zijn degelijke koers, zijn lange termijnvisie en zijn krachtige leiderschap. Hij ontving een eredoctoraat in Leuven en kreeg van Fortune Magazine de titel 'European Business Man of the Year. Bij zijn vertrek eind maart kreeg hij van minister Verhagen ook nog een hoge koninklijke onderscheiding op zijn pak geprikt.
Opmerkelijk allemaal, als je bedenkt dat Neerlands' trots onder zijn regie alleen maar kleiner werd en kromp naar de omvang die het concern in 1983 had. In 2000 had Philips een omzet van bijna 38 miljard euro en 219.000 medewerkers. Tien jaar later is daarvan nog 25 miljard over en zijn honderdduizend mensen hun baan kwijtgeraakt. Ondertussen is de koers verlegd naar medische apparatuur en ledverlichting. Goed, ze maken ook nog Senseo-koffiemachines, maar inmiddels drinkt Nederland liever Nespresso. Philips is links en rechts ingehaald door concurrenten die wel weten hoe je de consumentenmarkt moet bedienen met kekke elektronica. Ze heten Apple, Samsung of LG. Binnen drie weken na het vertrek van Kleisterlee neemt zijn opvolger afstand van zijn beleid. De zuchtende tv-divisie gaat meteen de deur uit. En zijn voorganger had ook wel wat meer mogen investeren, aldus de nieuwe baas. Daar gaat de reputatie van de eredoctor. It takes twenty years to build a reputation and five minutes to ruin it, zei beleggingsgoeroe Warren Buffet al eens.

De schrale troost voor Kleisterlee, afgezien van zijn gouden handdruk, heet Ad Scheepbouwer. Ook net vertrokken als topman, maar dan bij KPN. Ook bewierookt om zijn krachtige koers, al had de vakbond wat moeite met zijn salaris, dat 131 keer zo hoog was als dat van de gemiddelde KPN-telefoonmonteur. Ook in tien jaar tijd duizenden medewerkers op straat gezet en het bedrijf vooral kleiner gemaakt. Maar goed, KPN stond destijds echt aan de rand van de afgrond, met dank aan een miljardenvretende UMTS-veiling. Dus daar moest wel iets gebeuren. Jammer alleen dat Scheepbouwer kort voor de eindstreep een beetje heeft zitten slapen. Het zou voor een telecombedrijf toch niet als een donderslag bij heldere hemel mogen komen dat klanten inmiddels liever pingen, twitteren, Whatsappen of Facebooken dan lekker duur bellen of sms-en? Die kostbare UMTS-veiling van tien jaar terug ging toch al over het kunnen meedoen met mobiel internet?
Misschien had KPN wat vaker op een schoolplein moeten rondkijken. Heel de middelbare school loopt inmiddels met een smartphone, bij voorkeur een BlackBerry. Is dat vanwege de grote display en de eindeloze hoeveelheid apps in de appstore? Zeker niet, de BlackBerry is in veel opzichten bagger vergeleken met een iPhone of een Samsung Galaxy. Maar tikken gaat perfect op het querty-toetsenbord van de BB. En dat is het enige dat telt voor scholieren die geen geld hebben voor dure sms-berichten of telefoontjes. Ik heb twee dochters in die leeftijd. Beltegoed hebben ze nooit, dat is meteen op. Maar pingen kan wel, net als twitteren of het bijwerken van je Hyves of je wall op Facebook. En dat doen scholieren dus ook allemaal, gratizzz. Geniet er nog maar even van kids, ongetwijfeld zal KPN onder de nieuwe topman Eelco Blok zorgen dat ook daarvoor meer moet worden betaald. Ondertussen stuurt Blok, in lijn met het beleid van zijn voorganger, meteen vijfduizend mensen naar huis. Hun werk kan goedkoper worden gedaan in India. Heel KPN had de snelle overstap naar Ping en Whatsapp niet zien aankomen en dus kan het niet anders, sorry. Opmerkelijk, zeker als je leest dat Scheepbouwer zelf een fan was van de BlackBerry, omdat hij daar zo lekker mee kon pingen met zijn dochter. Vernieuwing in de telecom begint op het schoolplein. En je kunt als onderneming niet meer even een schooljaartje niet opletten.

21 april 2011

Dochters

De nieuwe buurvrouw heeft een dochtertje gekregen. Sinds anderhalve maand hebben we nieuwe buren, die net op tijd hun huis hebben kunnen inrichten om nu te kunnen genieten van het kersverse ouderschap. Maandag onrustig gedoe met kleine autootjes voor de deur (type 'verloskundige' danwel 'kraamhulp') en de dag erna een ooievaar tegen het raam geplakt, die de indruk maakt naar binnen te zijn gevlogen. Nieuw leven in de straat. Het versterkt het voorjaarsgevoel dat de warme aprilmaand heeft meegenomen. De lange en dit jaar zo donkere winter is eindelijk echt voorbij. Geen ruiten meer krabben 's ochtends. De eerste rokjesdag gaat meteen over in zomerse dagen die amper passen bij de tijd van het jaar.  Een goed moment om posthuum een nieuw boek van Martin Bril te lanceren.

Het voelt als gisteren dat ik zelf mijn oudste dochter voor het eerst op mijn arm droeg, maar ze is inmiddels zestien jaar oud. De jongste wordt deze zomer ook alweer drie. Een flink leeftijdsverschil, maar dat krijg je met een eerste en een tweede leg. Die tweede ronde plan je niet, die overkomt je. Mij wel tenminste, maar dat maakt het niet minder leuk. Het zorgt er voor dat je al die geweldige ontwikkelingen van je kinderen nog een keer mag meemaken en misschien wel bewuster dan de eerste keer. Het gaat immers razendsnel. 'Je draait je om en ze zijn het huis uit', zeg ik af en toe.
Heftig is het om te ervaren hoe je jongste dochter je eigen uitdrukkingen genadeloos overneemt en op onverwachte momenten perfect reproduceert. Als ik tijdens een wandeling wat loop te klungelen bij het opnieuw aandoen van haar teenslipper hoor ik opeens 'kom op Marc' uit dat kleine mondje komen. Je hoort jezelf praten, want ik mopper graag op mezelf als er iets niet gaat zoals ik wil. Toch een beetje oppassen met wat ik zeg in gezelschap van mijn jongste nazaten. Tijdens het autorijden druk ik me ook niet altijd even politiek correct uit.

De tweede leg betekent ook dat je zestien jaar na je eerste gezinsuitbreiding nog steeds alert moet zijn op een knappe aanbieding van drie pakken Pampers. En dat je soms gedurende de nacht wordt geconfronteerd met hartverscheurend gehuil, wat maakt dat je je kind toch maar weer even bij je in bed neemt. Vannacht ook, allebei zelfs. Dat zorgt voor een wat gammel nachtje voor papa en mama. Zo breed is een bed van één meter veertig ook niet met zijn vieren. Ik moet zelf even niet meer denken aan de gebroken nachten die horen bij een baby. Maar 's ochtends zijn ze toch weer om op te vreten, die schone slaapsters.


12 april 2011

Drie bomen

Het is er stil. De vogels fluiten, maar verder hoor je niets. Een eiland van rust en mooie natuur, ingeklemd tussen de aanvliegroutes van Schiphol en industriegebieden langs de randen van Amsterdam en Haarlem. Hoog in de lucht wordt de stilte af en toe verstoord door het geraas van machtige vliegtuigmotoren. Maar het blijft een oase. Zeker op een prachtige voorjaarsavond zoals deze. We hadden geen betere dag kunnen kiezen. De zon gaat langzaam en oranje onder.
Op maandagavond is het clubgebouw gesloten. Er is niemand te zien. Voor de ingang staan twee kleine elektrische wagentjes klaar. Voor ons. We rijden er mee langs het fraai onderhouden gras, tot we op een plek zijn die we passend vinden. Er staan drie grote bomen langs de rand, met struiken er om heen. Hier moet het gebeuren. Voorzichtig maken we het deksel van de grote ronde koker los, die zorgvuldig met tape is afgesloten. Samen zien we hoe zijn as neerdaalt op het gras en wegwaait in de lichte avondbries, tot er niets meer over is. All we are is dust in the wind.
Precies één jaar terug moest mijn broertje van een arts vernemen dat hij ongeneeslijk ziek was. Bijna vijf maanden geleden gaf hij zijn ongelijke strijd op. En vandaag, op een prachtige avond in april, is hij terug op de plaats waar hij het liefste wilde zijn. Op de golfbaan waar hij bijna dertig jaar lang zijn voetafdrukken achterliet. Vanavond hebben we Jort thuisgebracht.

8 april 2011

Duizend mijlen

Achterop mijn zwarte Alfa Romeo 916 Spider prijkt, direct naast het nummerbord, een piepklein rood met wit stickertje. 'Mille Miglia', staat er op. Dat stickertje verwijst naar het mooiste automobielevenement van het jaar: de duizend mijlen race die jaarlijks rond Hemelvaart wordt verreden van Brescia naar Rome en weer terug. Alleen auto's uit de periode 1927-1957 mogen er aan meedoen; de periode waarin de oorspronkelijke Mille Miglia race 24 keer werd georganiseerd.
Het startgeld is anno nu aanzienlijk, de ballotage streng en deelname voorbehouden aan welgestelde autoliefhebbers, prinsen en een enkele autominnende premier. Maar de belangstelling van het publiek bij de start in het schilderachtige Noord-Italiaanse stadje Brescia is ieder jaar enorm en ook langs de route verzamelen zich duizenden autofans. Ooit hoop ik daar tussen te staan en zelf de sfeer te mogen proeven. Tot nu toe is dat er niet van gekomen. Het stickertje achterop de zwarte 916 symboliseert mijn ambitie om daar eens verandering in te brengen.
Klein of niet, vandaag bleek het opvallend genoeg voor een korte, maar leuke ontmoeting langs de A2. Op weg naar huis na de werkweek, het dak van de Spider open, ontmoet ik een prachtige, zeegroene Aston Martin DB2 uit 1953. Nederlands kenteken, links stuur, een zeldzaamheid. Een icoon temidden van het leger aan uniforme woonwerkvoertuigen. Ik steek mijn duim op bij het inhalen, dat doen autoliefhebbers onder elkaar soms; ik wel in ieder geval. De chauffeur lacht, sluit achter mij aan en haalt me opnieuw in. Langzaam genoeg voor een haastig fotootje met de smartphone tijdens het rijden. De flank van de DB2 is opgesierd met de namen van de bestuurders, langs het dak lees ik een reclameuiting van een prachtig Zwitsers horlogemerk. Een auto die gebruikt wordt voor klassieker evenementen dus. Net als ik neemt hij de afrit Breukelen en gebaart me te stoppen. We stappen uit en hij stelt zich voor als mede-eigenaar van een erkend, ingetogen handelshuis in klassieke automobielen, gevestigd onder de rook van de hoofdstad. Ook op zijn Aston prijkt het rood-witte stickertje van de duizend mijlenrace. Reden voor een kort, maar geanimeerd gesprek tussen autoliefhebbers. Hij geeft zijn kaartje mee en drukt me op het hart: 'neem contact op als je er een keer bij bent'. Dat zal ik zeker doen.
We schudden elkaar hartelijk de hand en hij verdwijnt langzaam in mijn achteruitkijkspiegel. Leuk wat zo'n piepklein stickertje kan doen. Brescia tijdens de start van de corsa piu bella del mondo, dat staat nog hoog op mijn 'to do' lijstje.


6 april 2011

Het Nieuwe Werken

Net als veel andere moderne bedrijven propageert ook mijn werkgever Het Nieuwe Werken. De bundeling van twee bestaande organisaties in één nieuwe maakt dat veel collega's langer dan voorheen moeten reizen en dus vaker kiezen voor werken vanuit een andere locatie dan kantoor. Thuis, meestal.
Ik doe dat zelf altijd op maandag en combineer zo mijn werk met het vaderschap. Ideaal en ik ben blij met een organisatie die het principe van 'acht uur per dag achter je bureau zitten' inmiddels ondergeschikt heeft gemaakt aan waardevolle output van de medewerkers. Tijd en plaats van je werkzaamheden zijn minder relevant geworden. Werk en privé lopen meer en meer door elkaar heen.
Dat is tegelijk nog wel eens reden voor enige stress, ook op de maandag-thuiswerkdag. Om half negen meld ik mij met twee dochtertjes bij de lokale basisschool, waarin ook de peuterspeelzaal is gevestigd. Beide smurfjes breng ik naar hun respectievelijke ochtendverblijven, waarna papa op de fiets terugsprint naar huis. Onderweg nog een paar boodschappen bij de plaatselijke Appie en dan snel thuis inloggen op het netwerk van de werkgever. Iedere twee weken om negen uur beleidsoverleg, waarbij ongeveer de helft van de deelnemers inbelt in plaats van fysiek aanwezig te zijn. Ik ook.
Na dat uurtje telefonisch vergaderen (Blackberry met bluetooth headsetje, handig bij het tussendoor koffie pakken of mail checken) achter de laptop verder tot half twaalf. Kids ophalen, weer naar huis, allebei een boterham en om kwart voor één de oudste van de twee opnieuw naar school brengen. Merle is inmiddels gesloopt van het spelen op de peuterspeelzaal en rolt gretig haar bedje in. Dat biedt weer even anderhalf uur tijd voor geconcentreerd werken. Daarna weer op de fiets heen en terug naar school om Tamar op te halen om kwart over drie. Thuis een uurtje verder werken, terwijl de kids even chillen met een filmpje op tv. Natuurlijk knaagt dan het schuldgevoel, want eigenlijk zou ik een spelletje met ze moeten doen of even samen lekker naar buiten, naar de speeltuin om de hoek. Maar in de loop van de middag begint de mailbox vol te stromen. Het rode lampje op de Blackberry knippert continu. Dus kies ik voor de weg van de minste weerstand. Gelukkig hebben we dit weekend lekker een middag doorgebracht bij de geitenboerderij in het Amsterdamse Bos. In een wereld waarin beeldschermen de hele dag informatie aandragen is het niet verkeerd om soms te ervaren hoe zaken er in het echt uitzien. Ook op een 3D-tv (die ik niet heb) kun je een klein geitje immers niet vasthouden. Er zijn al te veel kinderen die echt geloven dat melk uit een pak komt en niet uit een koe.
Kwart voor vijf de kids weer op de fiets, hup met Tamar naar de gymles bij het zwembad (even inchecken via Foursquare bij binnenkomst). Snel in haar gymkleren helpen, naar de gymzaal voor haar uurtje turnen-voor-beginnertjes. Mama haalt je op liefje, kus. En met Merle op de fiets snel weer terug naar huis. Is er nog mail, moet er nog iets afgerond? Papa kookt op maandag, dus wat staat er op het menu? Vlak voor zessen gaat de laptop van de eettafel en de borden erop. Vanavond weer verder, als de kids in bed liggen.

Het FD vulde deze week een flink aantal pagina's van haar weekendbijlage met een verhaal over technostress en het altijd, overal bereikbaar en online moeten zijn. De smartphone, de iPad, de laptop: ze zijn permanent onder handbereik, ook tijdens de vakanties en in het weekend. Het Nieuwe Werken klokt niet uit om vijf uur 's middags. Alleen het verstrekken van een smartphone zou volgens onderzoek al tien dagen per jaar toevoegen aan onze werkzame uren. Een iPhone of Blackberry geven aan al je medewerkers is geen gebaar van gulheid, maar slim rekenen. Hoeveel uur werk ik anno nu eigenlijk in een week? Zolang ik in het weekend nog naar de geitjes kan, kies ik er voor om dat maar even niet uit te rekenen.