Zondagmorgen, kwart voor zeven. Met een diepe brom rolt een nagelnieuwe witte Nissan GT-R voor de deur. Samen met zwager Jerry ga ik naar het Fast Car Festival op het circuit van Zandvoort. Jerry werkt bij de enige Nissandealer die de auto in ons land mag leveren. Honderddertigduizend euro, 530 pk, een dashboard dat de Playstationgeneratie aanspreekt en prestaties waar alleen supersportwagens die het drie- of viervoudige kosten aan kunnen tippen. Bij snel accelereren zet ik me telkens schrap en houd me vast aan alles wat ik kan vinden, want je wordt afgeschoten als een kanonskogel. Pas nog reed een idioot met zo'n zelfde auto op een provinciale weg bij Haarlem zomaar 308 kilometer per uur. Gelukkig is mijn zwager een stuk verstandiger. We arriveren in alle vroegte bij het circuit, maar het is al dringen bij de ingang. Ronkende sportuitlaten, uitgebouwde wielkasten, grote achterspoilers, lukraak opgeplakte stickers met namen van autotuners. Het Fast Car Festival is een speeltuin voor Sjonnies. Puisterige jongens met petjes, promojacks, spijkerbroek en gympen, die slenteren langs de opgevoerde bolides. Met hun getunede Honda's en Subaru's vullen ze het gehele parkeerterrein van het circuit. De schaars geklede promomeisjes blijven lachen, ondanks de vele regenbuien en de harde wind. Morgen is de helft ziek waarschijnlijk.
In groepen mogen auto's op het circuit hun rondjes rijden, terwijl aan de rand van de parkeerplaats een demonstratie driften wordt gegeven. Het ruikt naar rubber, overbelaste remmen en benzine. Een enkele auto komt gehavend terug van de Tarzanbocht of het Scheivlak. Tussen de buien door lopen we een aantal keren het circuit op en neer, maar zoveel is er verder niet te doen en het weer helpt niet. Jerry breekt nog voor sluitingstijd de reclamevlaggen af naast zijn gehuurde parkeerplek bij de pitboxen en we ronken terug naar huis. Ik houd erg van sportieve snelle auto's, maar na een paar uur Zandvoort heb ik wel even genoeg fast cars gezien. Over twee weken ga ik weer; dan staan er alleen klassiekers. Gelukkig maar.
28 augustus 2011
25 augustus 2011
One more thing
Mijn eerste eigen computer thuis was een eerste generatie iMac, een mooi groen-transparant druppelvormig ding. Ik heb er bijna tien jaar met veel plezier op gewerkt. In die tijd is hij niet één keer vastgelopen. Ik heb hem nog steeds. Later kochten we een Dell, want die was goedkoper dan een Apple. En Windows was de standaard. Het kreng liep continu vast en ging na dik vier jaar kapot. Onze huidige opvolger, een HP, is niet veel beter. Gelukkig gebruik ik zelf mijn mooie witte MacBookje, dat bij openklappen meteen paraat is, nooit vastloopt en eindeloos kan werken op zijn accu. Ik blijf een Applefan. Mijn iPod Touch en iPod Shuffle vind ik net zo briljant.
Vannacht maakte Steve Jobs bekend dat hij moet terugtreden als ceo van Apple. Stinkend rijk en met een bijna goddelijke status, maar tegen een slopende ziekte is ook hij niet bestand. Apple is niet langer de underdog die alleen gekozen wordt door creatieven en andere eigenwijze geesten, met dank aan de iPod, de iPhone en de iPad. Jobs heeft een nichespeler laten uitgroeien tot het meest gezichtsbepalende ICT-bedrijf dat er bestaat. Bij de bekendmaking van zijn vertrek stijgen de koersen van schaamteloze kopieerders als Samsung en HTC; de koers van Apple daalt.
Innovatie maakt het verschil tussen een leider en een volger, zei Jobs ooit tijdens één van zijn vele beroemde keynotes. Ik hoop dat Apple die innovatie als motto blijft vasthouden, na het vertrek van de man met de eeuwige spijkerbroek en de coltrui. De wereld zal iCon Jobs gaan missen. Voor hem rest straks nog one more thing. Jammer, ook hij heeft zeker meer tijd op deze aardkloot verdiend.
Vannacht maakte Steve Jobs bekend dat hij moet terugtreden als ceo van Apple. Stinkend rijk en met een bijna goddelijke status, maar tegen een slopende ziekte is ook hij niet bestand. Apple is niet langer de underdog die alleen gekozen wordt door creatieven en andere eigenwijze geesten, met dank aan de iPod, de iPhone en de iPad. Jobs heeft een nichespeler laten uitgroeien tot het meest gezichtsbepalende ICT-bedrijf dat er bestaat. Bij de bekendmaking van zijn vertrek stijgen de koersen van schaamteloze kopieerders als Samsung en HTC; de koers van Apple daalt.
Innovatie maakt het verschil tussen een leider en een volger, zei Jobs ooit tijdens één van zijn vele beroemde keynotes. Ik hoop dat Apple die innovatie als motto blijft vasthouden, na het vertrek van de man met de eeuwige spijkerbroek en de coltrui. De wereld zal iCon Jobs gaan missen. Voor hem rest straks nog one more thing. Jammer, ook hij heeft zeker meer tijd op deze aardkloot verdiend.
20 augustus 2011
Blogger 2.0
Vandaag bestaat deze weblog precies één jaar. We zijn 114 verhaaltjes verder, gemiddeld bijna één per drie dagen dus. In het begin vaker dan nu, maar tenminste wekelijks is het devies. Ruim 10.600 keer zijn er pagina's van deze blog bezocht, maar hoeveel keer dat door mijzelf was is lastig na te gaan. Ik gebruik drie computers door elkaar en sleutel graag nog eens wat aan een verhaaltje; een komma, een woordje, een zinnetje. Sinds ik de plaatsing van een nieuw bericht verkondig op Twitter en Facebook is het bezoek flink gestegen; vorige maand meer dan 1600 bezoekers, benieuwd wie dat allemaal waren. Vaker commentaar leveren mag, dat is nogal mager tot nu toe.
Terugkijkend gaan veel stukjes over de onbenulligheid van het dagelijks bestaan. Dat geeft op zich niet, maar iets meer boodschap mag wel. En wat korter soms. Misschien moet ik vaker een stevig standpunt innemen. Maar ik ben slechts een eenvoudig communicatiemannetje. Geen groot econoom, dus mijn oordeel over het economische kaartenhuis dat momenteel in elkaar aan het storten is zal u waarschijnlijk gestolen worden. Geen filosoof, geen schrijver van hoogstaande literatuur. Ik beperk me tot simpele waarnemingen uit het dagelijks leven.
Ik heb weinig te verbergen, maar er zijn zaken waar ik liever niet over schrijf, omdat ze te dichtbij komen. De pijn die ik elke dag voel door het verlies van mijn broertje bijvoorbeeld en zo zijn er meer dingen.
Vind ik het leuk? Ja, nog steeds. De titel heb ik vorig jaar goed gekozen. Bloggen is mijn kleine uitlaatklep, temidden van de hectiek van het dagelijks bestaan van een huisvader met een drukke baan, twee keer twee dochters, een vrouw en een volle agenda. Dus blog ik nog even door.
Terugkijkend gaan veel stukjes over de onbenulligheid van het dagelijks bestaan. Dat geeft op zich niet, maar iets meer boodschap mag wel. En wat korter soms. Misschien moet ik vaker een stevig standpunt innemen. Maar ik ben slechts een eenvoudig communicatiemannetje. Geen groot econoom, dus mijn oordeel over het economische kaartenhuis dat momenteel in elkaar aan het storten is zal u waarschijnlijk gestolen worden. Geen filosoof, geen schrijver van hoogstaande literatuur. Ik beperk me tot simpele waarnemingen uit het dagelijks leven.
Ik heb weinig te verbergen, maar er zijn zaken waar ik liever niet over schrijf, omdat ze te dichtbij komen. De pijn die ik elke dag voel door het verlies van mijn broertje bijvoorbeeld en zo zijn er meer dingen.
Vind ik het leuk? Ja, nog steeds. De titel heb ik vorig jaar goed gekozen. Bloggen is mijn kleine uitlaatklep, temidden van de hectiek van het dagelijks bestaan van een huisvader met een drukke baan, twee keer twee dochters, een vrouw en een volle agenda. Dus blog ik nog even door.
Abonneren op:
Posts (Atom)