27 januari 2012

Broodje cultuur

Net als vorig jaar doen we bij de werkgever iets aan de landelijke gedichtendag. Een broodje cultuur, even tijdens de lunch ruimte voor de dichtkunst. Ik moet bekennen dat ik daar de rest van het jaar eigenlijk geen tijd voor maak, net zo min als voor het lezen van behoorlijke literatuur trouwens; helaas, maar een dag heeft maar zoveel uur. Toch lees ik tijdens de cultureel correcte lunch drie gedichten voor, want het is leuk om er weer even aan te ruiken. Voor een zaal bekende collega's voelt dat iets spannender dan voor een groep onbekenden, zoals ik regelmatig ervaar met het dagvoorzitterschap van de maandelijkse diplomauitreiking. Daarom ook maar niet het eigen stukje rijmelarij voorgedragen dat ik voor de gelegenheid had gemaakt, ingegeven door de dagelijkse stroom leasevoertuigen die 's ochtends en 's avonds langs ons pand naar en van de kantoren aan de Zuidas trekt. Het is recessietijd, hoe zal het ze straks vergaan?

2012
Grauw de deken van januari
Lege kantoren van beton en glas
Storm snijdt kil door het Armanipak
Nog ronkt zijn Audi in de stroom van auto's
Rode lichten in de schemer, op naar huis
Tophypotheek vol schone schijn

Resultaten uit een rijk verleden
Geven niet langer zekerheid
Rood zijn de cijfers op de borden
Lege agenda, vol de te betalen map
Onafwendbaar straks het mes
Nieuw failliet heet liever zzp.

22 januari 2012

PechaKucha

De eerste weken van het nieuwe jaar bieden iets meer gelegenheid om de accu op te laden voor een nieuw seizoen vol perscontacten, debatbijeenkomsten en de organisatie van de jaarlijkse Accountantsdag. Tijd voor het opdoen van de nodige inspiratie. Ik meld me aan voor de PechaKucha Night Amsterdam, voor mij een onbekend fenomeen maar met een boeiend uitgangspunt: een dozijn presentaties achter elkaar van ieder maar dik zeseneenhalve minuut, waarin je gebonden bent aan twintig slides die elk ook twintig seconden te zien zijn. Bijwonen kost het absurde bedrag van zeven euro per persoon. Het blijkt om een nogal studentikoos evenement te gaan, gehouden in een rauwe feestzaal onder het redactiepand van dagblad Trouw in de Amsterdamse Wibautstraat.  Simpele klapstoeltjes, oude zitzakken langs de wand en een grote bar met veel bier en een raar merk colaflesjes. Het publiek bestaat vrijwel geheel uit (oud)studenten van diverse creatieve opleidingen: architectuur, grafische school, kunstacademie. Veel kekke brillen en jonge mannen met een overschot aan gezichtsbeharing. Ik leer bij aanvang dat PechaKucha wereldwijd inmiddels in 466 steden is gehouden en dat dit al de twintigste editie in Amsterdam is. Blijkbaar heb ik zitten slapen de afgelopen jaren, of ik hoor simpelweg niet tot de doelgroep en kom er nu - met dank aan Twitter - per ongeluk achter. Evengoed amuseer ik me als vreemde eend in de bijt uitstekend. Er zijn boeiende korte presentaties over film, design, kunst, industriële vormgeving en de uithoeken van het internet. Alles met een ruw en ongefilterd randje, wat erg verfrissend is om mee te maken. Enig bekend gezicht is van internetjournalist Alexander Klöpping, die regelmatig aanschuift bij Matthijs van Nieuwkerk. In real life ziet hij er nog iets meer uit als de internetnerd die hij is, tenger en een beetje bleekjes, alsof ook veel nachtelijke uren achter zijn MacBook worden doorgebracht. Maar ook hij heeft een prima kort verhaal. Na afloop gaat de groep harige creatieven collectief aan het bier, maar daar pas ik allang niet meer tussen. Op naar huis dus, vol nieuwe inspiratie; voor maar zeven euro. Doe ik vast nog wel eens.


12 januari 2012

iSlet

Precies een jaar geleden leverde de webwinkel van de MediaMarkt mijn mooie witte MacBook bij ons thuis af. Ik ben er nog steeds erg blij mee. Maar al kort na levering ging het model uit productie en leverde Apple alleen nog de in metaal gehulde MacBook Pro en de ragdunne Air. Dat voelt altijd een beetje ongemakkelijk; alsof je in het oude model BMW 3 rijdt, dat straks zijn weg gaat vinden naar de Sjonnies van de samenleving. Overjarig, vervangen door iets beters. Een goeie vriendin wreef het er nog even in toen ze haar mooie nieuwe MacBook Air meenam voor een eetafspraak, om de trouwfoto's te laten zien. Had ik toch dat dunne ding moeten kiezen? Ik heb immers ook al een 17 inch laptop van de baas. Elke keer als ik werkte op mijn witte vriend genoot ik, maar het knaagde toch een beetje.
Nu niet meer. Het alternatief voor de Air heet iPad 2 en is niets minder dan geweldig. Je kunt het een opgeblazen iPod Touch noemen, kritiek hebben op de kwaliteit van de ingebouwde camera (terecht, die doet aan als een gevalletje 'hadden we nog liggen van drie jaar terug in de kelder bij Foxconn') of zeuren over de stijve prijs. Vijfhonderdnegenenzeventig euro voor een 32Gb-versie met alleen WiFi is ook geen prijsbrekertje. Maar wat een feestje om mee te werken, wat een handige compacte aanvulling naast die MacBook met zijn usb-aansluitingen, DVD-poort, trackpad, grotere harddisk en meer.
Ik krijg de iPad keurig thuisbezorgd als onderdeel van een abonnement op NRC Next. Dat scheelt een groot bedrag ineens en is uiteindelijk flink goedkoper ook. Bovendien wilde ik de Next al langer als aangenaam krantje op de vroege ochtend; 's avonds heb ik toch geen puf meer voor de gewone NRC. En op zaterdag komt die wel.
De iPad wordt meteen opgenomen in het gezin. Waar iedereen hier met zijn tengels van mijn MacBook moet afblijven, gaat de tablet al op de eerste avond van hand tot hand, als was het een dame van lichte zeden. Bijlezen van het nieuws en de social media gaat voortaan lekker op de bank, waarna de zesjarige dochter al ongeduldig klaar zit om zich op een potje Sonic Racing of Angrybirds te storten. Haar driejarige zusje doet graag mee. Instructie is overbodig. Amber van veertien gaat er even mee door de Hyves- en MSN-contacten en zoekt een cocktailjurkje uit voor het komende schoolfeest. Bij het koken ligt de tablet uit Cupertino op het aanrecht met een recept van Appie op het scherm. En de eerste boeken en magazines zijn ook al binnengehaald uit de appstore. Ik moet nog veel leren over het snel werken met Pages en Keynote op de iPad, maar tot nu toe kan het ding alles; ook een weblog schrijven, want het keyboard op het scherm valt me erg mee. De MacBook blijft steeds vaker in zijn hoes, de iPad is zeker voor het even tussendoor consumeren van informatie veel handiger. Overdag reist hij, veilig in zijn Built-sleeve, mee naar het werk. Dat hoeft eigenlijk niet, maar je kunt niet weten. En ik weet nu al dat alleen hij straks mee mag op vakantie. Lekker geen werk mee jongens, alleen de iPad, leuk voor achter in de auto. Jaja. Onder bloggers wordt er al regelmatig gediscussieerd over de ideale reisgenoot die de iPad wel of niet is. Los toetsenbord er bij, of een kekke hoes met ingebouwd toetsenbord en je bent klaar. Tien uur werken op een accu is bovendien niet mis, dat haalt de MacBook zeker niet.
Ik ben nu al overtuigd van de meerwaarde van een iPad, in tegenstelling tot de eerdere ervaring met de Playbook van RIM. Maar gelukkig is er ook alweer reden tot klagen. Want volgende maand komt versie 3 uit en dan rijd ik opnieuw in een ouwe BMW. Erger nog: ook Office-software heeft zijn weg gevonden naar het iOS-platform van Apple. Ongetwijfeld zijn sommige IT-managers daar blij mee. Voor mij voelt het als de deur van de kerk openzetten voor de antichrist.


5 januari 2012

Schone slaapsters

Dochter nummer vier is inmiddels drie jaar oud en heeft soms last van wat in Libelle-taal ook wel peuterpuberteit wordt genoemd. Een eigen willetje, je niet meteen neerleggen bij besluiten die anders zijn dan gehoopt en dat duidelijk laten merken aan je omgeving. Het speelt steeds vaker op bij het naar bed moeten. Inmiddels realiseert ze zich dat haar zesjarige zus later mag gaan slapen dan zijzelf. Dat is reden voor enige weerstand en pogingen om het onvermijdelijke moment van te rusten gaan zo lang mogelijk uit te stellen. Een vast ritme helpt enigszins; papa en mama moeten allebei hun aandeel in het slaapproces vervullen, het boekje van Dikkie Dik moet van kaft tot kaft worden gelezen en pas dan geeft ze, gewapend met lappenpopje en speen, toe aan haar moeheid. Onder haar K3-dekbed valt ze in slaap.
Maar daarmee is de kous nog niet af. Rond middernacht huilt ze om haar moeder. Troosten alleen helpt niet, ze is vastbesloten van slaapplaats te wisselen. Het nieuwe doelwit is de echtelijke sponde, lekker warm tussen papa en mama in. Ik wil naar mama toe! Keer op keer klimt ze uit haar bedje. Met ogen vol vuur en een samengetrokken mondje staat ze voor me in haar slaapkamertje, klein maar onverschrokken. Ik moet mijn lachen inhouden, maar leg haar net zolang terug tot het geschreeuw verstomt. Inmiddels ben ik al vijftien jaar zoet met de slaapprobleempjes van mijn kroost, realiseer ik me tijdens het middernachtelijk conflict. Al veel te veel nachten heb ik doorgebracht op een randje van dertig centimeter, terwijl onrustig slapende dochtertjes het grootste deel van het echtelijk bed innamen. Eén meter veertig breed is niet zo veel voor een tweepersoonsbed.
's Ochtends vroeg word ik wakker van de storm die op het huis beukt. Tussen de beide echtelieden liggen twee dochtertjes, alweer. Niets meer van gemerkt, diep in de nacht. Maar hun aanblik in het ochtendlicht maakt dat ik niet boos kan worden. Opvoeden is lastig.