26 december 2016

Praying for time

2016 zit er op, eindelijk. Precies op eerste kerstdag verruilt ook de zanger van Last Christmas nog even het tijdelijke voor het eeuwige. Grootheden als David Bowie, Prince en Leonard Cohen gingen hem dit jaar voor. Het aantal overleden beroemdheden was zo groot dat ik er maar een paar kon uitkiezen voor de jaarlijkse fotopresentatie bij de kerstlunch van mijn werkgever. Een klusje dat gedurende het jaar vraagt om regelmatige beeldresearch; even terug naar mijn jonge jaren als bureauleider van een klein fotoagentschap. Leuk om te doen, dat graven naar de beste nieuwsfoto's op internet.
De selectie van beelden van belangrijke gebeurtenissen voor boven een feestelijke kerstlunch vraagt om voorzichtigheid, 'cause we're eating, after all. Dan kun je niet alles laten zien van de verschrikkingen die dit jaar langskwamen: Aleppo, Mosul, aanslagen in Brussel, Istanbul, Orlando, Nice en vlak voor kerst nog Berlijn. En er was meer. De opeens zichtbare klimaatverandering. Opkomend populisme, de brexit, de verkiezing van Trump, de snel verhardende samenleving. Gelukkig was kleine Tijn er nog, al zat die presentatie toen al in elkaar.
In de persoonlijke sfeer was het voor alles het jaar waarin ik afscheid nam van allebei mijn ouders. Snel, onverwacht, heftig en droevig. Ik troost me met de gedachte dat ze na 62 jaar huwelijk niet meer zonder elkaar konden en nu weer samen zijn, op een plek waar alles goed is. 
Op de eerste dag van mijn nieuwe functie begroef ik mijn vader. In de tweede helft van het jaar was er het grote verdriet van en met mijn gewaardeerde, trouwe eindredactrice, die haar jongere zus en vlak daarna haar vader verloor. Er waren gezondheidsproblemen bij diverse vrienden en kennissen; het zal wel de leeftijd zijn, die met gebreken komt. Maar toch. Je beseft dat je alweer 55 bent.

George Michael valt tussen wal en schip, hij mist de meeste jaaroverzichten, ook die plaatjesverzameling van mij. Maar er kon nog wel een kaarsje bij, na zo'n moeizaam jaar. Op naar 2017, in de hoop dat ons weer wat betere tijd wordt gegund.

It's hard to love there's so much to hate
Hanging on to hope when there is no hope to speak of
And the wounded skies above say it's much too late
So maybe we should all be praying for time



22 augustus 2016

Net-niet-games

Iedere vier jaar speelt het even door mijn hoofd. Ik zat in de zesde klas, in een tijd dat de kleuterschool nog bestond en de basisschool zes klassen telde. Wekenlang hadden we bij de start van het nieuwe schooljaar gewerkt aan het project. Krantenknipsels in schriftjes geplakt, geleerd over De Gedachte dat meedoen belangrijker is dan winnen. Tot de meester op een ochtend binnenkwam met het nieuws dat die gedachte wreed was verstoord door een aanslag op de Israëlische ploeg. München, september 1972. Ik was elf jaar. Ons Olympische schoolproject werd die dag abrupt gestopt. 'Zie maar of je er zelf mee verder wilt gaan', zei meester Harland en hij ging door met de rekenles.

Bij alle volgende edities van de Spelen komt dat moment even voorbij. De Olympische Gedachte is allang verdwenen, net als de vroeger vanzelfsprekende amateurstatus van de deelnemers. Winnen is waar het om gaat. Zo bezien was de 2016-editie in Rio voor TeamNL - waarom zou je onze nationale ploeg immers Nederland noemen - toch een beetje een tegenvaller. Maandenlang zijn we door alle media verwend met de blonde hardbody van Dafne, het gespierde zwempak-lijf van Ranomi, het goedlachse krulhoofd van Epke. Eénentwintig medailles of meer, daar was het dit keer om te doen. Dat twintigtal uit 2012 moest immers verbeterd worden. Sommige gouden plakken hoefden we alleen maar op te halen, zo leek het.
Maar de golden girls verlieten het zwembad met lege handen, Epke viel op zijn gezicht en Dafne smeet woedend met haar dure loopschoenen. De hockeymeiden huilden om het zilver (hockey wordt gespeeld door meiden) en Yuri deed zijn ringenoefening uiteindelijk op Lowlands. Weggestuurd om een gemiste training na een nachtje stappen, de zelfgekozen beloning voor het halen van zijn finale. Die boze coach had natuurlijk ook zelf kunnen vertrekken: 'Yuri, als je er toch schijt aan hebt, zoek je het volgende week maar lekker zelf uit'. Maar nee, discipline voor alles binnen TeamNL, dat hooggespannen verwachtingen moest waarmaken. Deelnemers die klaar waren en geen medaille hadden konden tussentijds naar huis met de losersvlucht, want al die relaxte gasten, dat zou niet goed zijn voor de concentratie. Samen uit, niet samen thuis. 
Tien keer werd Nederland vierde, de plek die niemand op de Spelen wil. Ja, natuurlijk, er waren zeilers, surfers en roeiers met goud, van wie we nu allemaal alweer de naam vergeten zijn. Er was een wielrenster die goud pakte als eerbetoon aan haar keihard gevallen teamgenote. Mooi. Er was een grote man die zilver won met kinderfiets rijden op een hobbelbaan en zo nog wat. Leuk, knap, goed gedaan, welverdiend. Er was de aanstekelijke blijdschap om zijn vijfde plek van hardloper Martina. Maar door de beeldvorming vooraf voelde het op veel momenten toch als de net-niet-games. Olympische legendes worden immers gemaakt in het zwembad, de atletiekbaan en de turnhal. Fanny Blankers-Koen, Bob Beamon, Mark Spitz, Nadia Comaneci, Michael Phelps, Usain Bolt.
Juist in die koninklijke arena's wilde het met Nederland niet zo lukken als vooraf gedacht. Op een klein, spichtig blond meisje na, dat bij het turnen op de balk de pronte Amerikaanse Simone-from-the-block van een vierde gouden plak afhield.
Sanne Wevers stond vooraf niet meters hoog afgebeeld op een muur, of in goud gehuld op de cover van Vogue. Maar ze stond wel symbool voor de verrassing die deze Spelen kenmerkte. En ondanks een zomer vol terreur werden ook dit jaar alle schoten alleen door het startpistool gelost. Zo bezien ging toch eigenlijk alles goed. Meedoen is immers belangrijker dan winnen.



10 augustus 2016

All inclusive

Ik had natuurlijk beter moeten weten. Als iets te goed klinkt om waar te zijn, is het meestal niet waar. Een week in een Oostenrijks hotel, met vrouw en twee kinderen, voor minder dan honderd euro per dag, all inclusive - dat kan ook eigenlijk niet. En iedere branche heeft zijn eigen jargon. Een huis dat de makelaar aanprijst vanwege 'originele elementen' is immers gewoon een bouwval.
Voor de tweede week van onze zomervakantie boekten we een scherpe aanbieding bij Travelbird. Zeven nachten in een gasthof in Tirol, met verblijf op basis van 'all inclusive light'. Volgens de reisvogel betekent dat een 'uitgebreid ontbijt', een 'kleine lunch', een 'viergangendiner met klein saladebuffet' en tot acht uur 's avonds zonder meerkosten drinken. 
All inclusive, dat ken ik nog van een paar trips naar de Turkse Rivièra, toen dat nog kon. Eindeloze buffetten, met eten zover het oog reikt en voor elk wat wils. Sinds de Erdocratie zijn donkere kant laat zien waag ik het er als kersvers journalist maar niet meer op. Oostenrijk was natuurlijk ook ooit het geboorteland van een griezel met een snorretje, maar toch. Een mooi en opgeruimd landje. Wel zo makkelijk ook, na een week in Noord-Italië.
De eigenaar van de gasthof ziet er uit als de snorloze broer van de harige Amerikaanse adult movie actor Ron Jeremy in zijn vadsige nadagen. En ook een beetje als Mario Bros, als hij zijn donkerblauwe salopette aan heeft althans. Bij binnenkomst wijst hij ons direct op het genadeloze voedertijdregime: ontbijt tussen acht en negen, de kleine lunch tussen twaalf en één en het diner tussen zes en zeven. Hmm, uitslapen is geen optie deze week. En vier gangen binnen een uur wordt haastig eten. Maar goed, de gedachte aan krakend krokante Kaiserbroodjes, verse jus d'orange en dito koffie iedere ochtend maakt veel goed. Helaas zijn de semmel van eigenaar Mario minder krokant, de jus d'orange niet te vinden en de koffie niet echt baristakwaliteit. 
Overdag gaan we de berg op, genieten van het adembenemende landschap dat Tirol nog altijd te bieden heeft. De kleine lunch laten we graag voor wat die is, ik zorg liever zelf voor de noodzakelijke Kaiserschmarren om de dag mee door te komen.
Het viergangendiner bij baas Mario gaat, zo blijkt, uit van het this is it-principe. Geen aankondiging van wat er komt, geen keus, geen buffet. Hier, je eten. Het minuscule 'saladebuffet' (een liggende koelkast met bakken gesneden wortel en kool) wordt door de reisvogel waarschijnlijk als vierde gang beschouwd, want verder kom ik echt maar tot drie. Het goede nieuws is dat de kinderen, verstoken als ze zijn van keuzemogelijkheden, alles gewillig opeten. 
Afgezien van een modderige glijpartij in het natte gras tijdens een afdaling zijn de hills nog altijd alive with the sound of music. Oostenrijk is heerlijk. Maar een aanbieding die te mooi is om waar te zijn, die laat ik een volgende keer gewoon gaan.


25 juli 2016

Zwembadrand

De reis door de nacht richting het Italiaanse meer gaat voorspoediger dan ooit, ondanks horrorverhalen van de ANWB vooraf. De oude trouwe familie-mpv jaagt met slapend kroost achterin over de Brennerpas naar ons favoriete vakantieland. De berghelling naast het Gardameer blikkert bij aankomst op zaterdagmorgen al in de zon.
Het voelt vertrouwd en goed, na de droevige maanden in de privésfeer. Voor het eerst bel ik niet meer met mijn ouders, na het arriveren op de vakantiebestemming. Het ouderlijk huis is stil en leeg. Daags voor vertrek heb ik de bestelling van de steen voor het graf van mijn vader afgerond. Om mijn rechterpols draag ik een armband met de vingerafdrukken van mijn beide ouders. Ik ben een weeskind op vakantie.

De vakantiewoning is even aangenaam als altijd, de pasta even smakelijk, het weer even zonnig en warm. Aan de zwembadrand ontmoeten we een sympathieke advocate, partner bij een ambitieus jong Rotterdams kantoor en gespecialiseerd in milieugerelateerde zaken. Haar man heeft zijn commerciële functie in het bedrijfsleven ingeruild voor een baan met passie in het middelbaar onderwijs. En dan is er de KLM-piloot, met die typerende rust en zelfverzekerdheid die hoort bij zijn beroep. 'Het is vooral knoppen drukken', relativeert hij. Zijn onbezoldigde nevenfunctie als compliance officer bij de Dutch Dakota Association is eigenlijk spannender. Zo gaat het boven de gezamenlijke cappuccino al snel over regelgeving, inzichtelijk onderwijs, communicatie door professionals, blamefree reporting en lerend vermogen. Zo ver weg zijn de dagelijkse beslommeringen op vakantie niet. Het leven gaat door.

31 mei 2016

Liefdesverdriet

Mijn vader vergat in de laatste jaren van zijn aards bestaan bijna alles van wat er ooit in zijn geheugen zat. Agenda's, briefjes in zijn zak: met slimme geheugensteuntjes wist hij velen nog lange tijd om de tuin te leiden. Op de palm van zijn hand schreef hij, telkens opnieuw, zijn leeftijd: 1926-2016, negentig jaar.
Die leeftijd heeft hij net niet officieel gehaald. Na het verlies van zijn vrouw, eind maart, gleed het leven in hoog tempo uit hem. Hij sleepte zich voort, tot hij uiteindelijk ook de echtelijke sponde niet meer uitkwam. Krimpend van pijn, zijn handen klauwend in de oude deken, lag hij de laatste dagen in zijn bed. Op 26 mei, om twee uur in de nacht, stokte zijn zware, moeizame ademhaling.

Hij was een avonturier, die hield van de goede dingen des levens. Een mooie avond met vrienden, een goed glas, een goed pak. In 1950 keerde hij als militair terug uit Nederlands-Indië, sprong over de handdoeken en het servies van de reeds aangeschafte uitzet, verliet zijn oerdegelijke verloofde en kocht een zeilboot. Drie jaar later ontmoette hij een meisje dat net als hij ook jaren in Nederlands-Indië had doorgebracht. Ze werd zijn vrouw en ze hadden tweeënzestig jaar lang genoeg om over te praten.
Hij werd journalist, schreef de blaren op zijn handen voor de lokale krant en voor Neerlands' allereerste bedrijfsblad en profiteerde volop van de vrijheid die bij dat beroep hoorde. Eerst in de omgeving van Rotterdam, daarna jarenlang in zijn geliefde geboortestad Amsterdam. Hij had een scherpe pen en produceerde ook over de eenvoudigste gebeurtenissen prachtige pennenvruchtjes, in een stijl die soms aan de Kronkels van Simon Carmiggelt deed denken.
Na zijn werkzame leven werd hij secretaris van de plaatselijke Oranjevereniging. Zijn hilarisch opgetekende notulen zetten steevast de toon voor weer een gemoedelijke mannenavond, waarbij de Oranjeklanten ook nog even de afspraken voor de naderende festiviteiten doornamen. Verschillende van hen werden boezemvrienden voor het leven. Zo bereikte hij de leeftijd der sterken, tot de geest de geest gaf. Het lichaam volgde vanzelf. Hij stierf aan liefdesverdriet.
Op 1 juni begraven we hem aan de rand van ons dorp. Mijn papa, net geen negentig jaar oud, is weer bij zijn lieve vrouw.



31 maart 2016

Engel

Het is nog snel gegaan. Die uitdrukking heeft nieuwe lading gekregen. Op 8 maart bracht ik mijn moeder naar het Zuwe Hofpoort ziekenhuis in Woerden. Even een röntgenfoto maken, even bloed laten prikken. Want de longontsteking had voorbij moeten zijn, maar de pijn bleef. De foto vloog digitaal binnen een minuut na het bekijken ervan van de radioloog naar de longarts. En tien minuten later zaten we aan diens bureau. De afbeelding op de monitor liet ook voor een leek niets aan duidelijkheid te wensen over. Uitzaaiingen, geen hoop op herstel, directe opname. 
Twee weken lang zocht de brigade van in het wit gestoken engelen op de afdeling Neurologie en Longgeneeskunde naar de beste wijze van pijnbestrijding. Ondertussen gleed de vrouw die mij ooit baarde in hoog tempo naar het einde van haar aards bestaan. Tussentijds sprak de longarts over een levensverwachting van maximaal zes tot acht maanden. Een week later, in het laatste gesprek met de zaalarts en de verpleegkundige, waren daar nog maximaal drie maanden van over. Mijn moeder mocht naar huis, met nog maar één ding om te doen. Een lieve Surinaamse engel van de thuiszorg hielp haar het grootste deel van haar laatste week enigszins draaglijk te maken. 
Op Tweede Paasdag was het genoeg en gaf ook haar lichaam de strijd op. Mijn moeder, vierentachtig jaar oud, die heel haar leven als een engel was voor ons allemaal, is het nu ook officieel. Op de rouwkaart zegt Toon Hermans: Omdat er liefde is / bestaat er geen voorbij / In alle eeuwigheid ben jij.
Dag mama, dag engel. Groeten aan Jort.


5 maart 2016

Verlopen

Ik kon me de smaak van de gomrand op een envelop nauwelijks herinneren. Ergens diep in de kast lagen nog een paar enveloppen. En de overgebleven decemberzegels van vorig jaar zijn vast nog wel bruikbaar. Bijna geen kaarten verstuurd immers, die kerstwens stond toch ook op Facebook.
Moest ik opeens een brief sturen aan een bejaard familielid zonder e-mailadres? Nee hoor, mijn OV-chipkaart, die ik vanmorgen nog vol vertrouwen meegaf aan mijn echtgenote, bleek verlopen. VERLOPEN! 'Kan dat dan?', vroeg ik verbaasd, toen ze met dat bericht terugkwam? Ja dus, een OV-chipkaart, die je eerder hebt gekocht voor het op zich al onbegrijpelijke bedrag van zeven euro en vijftig cent, verloopt gewoon na een paar jaar. Dan doet-ie niks meer. Noppes, ook al staat er - zoals in mijn geval - gewoon nog een tegoed van tientallen euri op.
Ergens in de grote OV-chip-organisatie heeft een ambtenaar destijds bedacht dat het een goed plan is dat een OV-kaart na een aantal jaren weer verloopt. 'Dan moeten reizigers een nieuwe halen, weer zeven euro vijftig. Katjing!' 'En wat doen we dan met mensen die klagen dat er nog een tegoed op stond?', vroeg zijn wakkere collega. 'Die kunnen dat bij ons terugvragen', antwoordde de ambtenaar, 'maar wel op een onhandige manier, flink omslachtig'. 'Goed plan', juichte zijn collega. 'Dan moeten ze een formulier downloaden van onze site, dat uitprinten, met de hand invullen in van die onhandige vakjes, de verlopen kaart er op plakken en dat formulier via de post aan ons terug sturen". 'Haha, lachte de ambtenaar, 'dat doet echt bijna niemand!'. Ze presenteerden hun plan aan hun superieuren. 'Geweldig idee', oordeelde het management, 'dat levert elk jaar miljoenen op. Gratis geld'.
Zoiets moet het wel geweest zijn, dacht ik vandaag, terwijl ik op zoek was naar een envelop en de laatste postzegels in de keukenla.
Vrienden van het openbaar vervoer, ik heb al een wat moeizame knipperlichtrelatie met jullie. Ik vind die OV-chipkaart op zich best handig, al zijn we inmiddels wel toe aan een app-je voor de iPhone. Maar waarom, in hemelsnaam, verloopt zo'n ding na een paar jaar? Dat betekent verspilling van plastic kaarten en onnodige extra kosten en moeite voor de reiziger. En waarom, waarom moet die tegoedprocedure zo middeleeuws? De laatste keer dat ik keek, was het 2016.


31 januari 2016

De vierde macht

In de politiek worden al een jaar lang duurbetaalde uren besteed aan sneue debatten over een verloren bonnetje van vijftien jaar geleden. Ik ontmoette vorig jaar Fred Teeven, een aardige man en een bevlogen crimefighter. Hij sprak op onze jaarlijkse toogdag. Volgens mij zou hij de politiek moeten verlaten en weer gaan doen waar hij goed in is: boeven vangen.
Natuurlijk verdient de Teevendeal geen schoonheidsprijs, maar de jongste berichtgeving daarover toont vooral aan dat er treurige dingen aan de hand zijn in Den Haag. Rapporten over lekken vanuit de Commissie Stiekem leveren niks op, omdat de slager zijn eigen vlees keurt. Kamerleden vertrekken met de noorderzon (en wachtgeld) 'om bij te dragen aan de Clintoncampagne', maar daar weten ze van niks. Ministers beledigen de Kamer door rapporten van hun ambtenaren van voor tot achter met een dikke zwarte viltstift te censureren. Zie het politie-onderzoek naar de lezing van forensisch onderzoeker George Maat over de ramp met de MH17, toen dat werd 'vrijgegeven' aan de Tweede Kamer. En wat te denken van al die tussentijds verschenen eenmansfracties; afvallige partijleden die liever op het pluche blijven zitten dan plaats maken voor een opvolger. Logisch dat de kiezer geen vertrouwen meer heeft en zijn of haar stem geeft aan een geblondeerde populist die de onderbuik van Nederland aanspreekt.
Ernstiger nog vind ik de huidige minachting van bestuurders voor de pers, die toch niet voor niets regelmatig wordt aangeduid als 'de vierde macht' naast de Trias Politica. Een no-go-area voor journalisten bij een raadsvergadering over de komst van een AZC. Het gretig omzetten van WOB-verzoeken in 'verzoeken om informatie', zodat je van allerlei lastige verplichtingen af bent. Het onder de pet houden of vernietigen van documenten, het wissen van telefoontaps als dat beter uitkomt. Zoals RTL Nieuws journalist Pieter Klein terecht schrijft: 'geheimzinnigheid is het echte beleid'. 
We verwijten de Poolse regering dat ze de media probeert te controleren, maar we doen er beter aan naar onszelf te kijken, denk aan de nieuwe mediawet. Voorkomen dat het gevonden wordt, is nog veel erger dan dat bonnetje zelf.