Net als veel andere moderne bedrijven propageert ook mijn werkgever Het Nieuwe Werken. De bundeling van twee bestaande organisaties in één nieuwe maakt dat veel collega's langer dan voorheen moeten reizen en dus vaker kiezen voor werken vanuit een andere locatie dan kantoor. Thuis, meestal.
Ik doe dat zelf altijd op maandag en combineer zo mijn werk met het vaderschap. Ideaal en ik ben blij met een organisatie die het principe van 'acht uur per dag achter je bureau zitten' inmiddels ondergeschikt heeft gemaakt aan waardevolle output van de medewerkers. Tijd en plaats van je werkzaamheden zijn minder relevant geworden. Werk en privé lopen meer en meer door elkaar heen.
Dat is tegelijk nog wel eens reden voor enige stress, ook op de maandag-thuiswerkdag. Om half negen meld ik mij met twee dochtertjes bij de lokale basisschool, waarin ook de peuterspeelzaal is gevestigd. Beide smurfjes breng ik naar hun respectievelijke ochtendverblijven, waarna papa op de fiets terugsprint naar huis. Onderweg nog een paar boodschappen bij de plaatselijke Appie en dan snel thuis inloggen op het netwerk van de werkgever. Iedere twee weken om negen uur beleidsoverleg, waarbij ongeveer de helft van de deelnemers inbelt in plaats van fysiek aanwezig te zijn. Ik ook.
Na dat uurtje telefonisch vergaderen (Blackberry met bluetooth headsetje, handig bij het tussendoor koffie pakken of mail checken) achter de laptop verder tot half twaalf. Kids ophalen, weer naar huis, allebei een boterham en om kwart voor één de oudste van de twee opnieuw naar school brengen. Merle is inmiddels gesloopt van het spelen op de peuterspeelzaal en rolt gretig haar bedje in. Dat biedt weer even anderhalf uur tijd voor geconcentreerd werken. Daarna weer op de fiets heen en terug naar school om Tamar op te halen om kwart over drie. Thuis een uurtje verder werken, terwijl de kids even chillen met een filmpje op tv. Natuurlijk knaagt dan het schuldgevoel, want eigenlijk zou ik een spelletje met ze moeten doen of even samen lekker naar buiten, naar de speeltuin om de hoek. Maar in de loop van de middag begint de mailbox vol te stromen. Het rode lampje op de Blackberry knippert continu. Dus kies ik voor de weg van de minste weerstand. Gelukkig hebben we dit weekend lekker een middag doorgebracht bij de geitenboerderij in het Amsterdamse Bos. In een wereld waarin beeldschermen de hele dag informatie aandragen is het niet verkeerd om soms te ervaren hoe zaken er in het echt uitzien. Ook op een 3D-tv (die ik niet heb) kun je een klein geitje immers niet vasthouden. Er zijn al te veel kinderen die echt geloven dat melk uit een pak komt en niet uit een koe.
Kwart voor vijf de kids weer op de fiets, hup met Tamar naar de gymles bij het zwembad (even inchecken via Foursquare bij binnenkomst). Snel in haar gymkleren helpen, naar de gymzaal voor haar uurtje turnen-voor-beginnertjes. Mama haalt je op liefje, kus. En met Merle op de fiets snel weer terug naar huis. Is er nog mail, moet er nog iets afgerond? Papa kookt op maandag, dus wat staat er op het menu? Vlak voor zessen gaat de laptop van de eettafel en de borden erop. Vanavond weer verder, als de kids in bed liggen.
Het FD vulde deze week een flink aantal pagina's van haar weekendbijlage met een verhaal over technostress en het altijd, overal bereikbaar en online moeten zijn. De smartphone, de iPad, de laptop: ze zijn permanent onder handbereik, ook tijdens de vakanties en in het weekend. Het Nieuwe Werken klokt niet uit om vijf uur 's middags. Alleen het verstrekken van een smartphone zou volgens onderzoek al tien dagen per jaar toevoegen aan onze werkzame uren. Een iPhone of Blackberry geven aan al je medewerkers is geen gebaar van gulheid, maar slim rekenen. Hoeveel uur werk ik anno nu eigenlijk in een week? Zolang ik in het weekend nog naar de geitjes kan, kies ik er voor om dat maar even niet uit te rekenen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten